Wat is de onvoltooide tijd?
Hoe herken je die?

Wat is de onvoltooide tijd?
De onvoltooide tijd is een werkwoord in de tegenwoordige tijd dat een activiteit of toestand uitdrukt die nog bezig is of snel zal plaatsvinden, of een werkwoord in de verleden tijd dat een activiteit in het verleden uitdrukt. Ik lees en ik werk zijn voorbeelden van de onvoltooid tegenwoordige tijd (o.t.t.). Ik las en ze werkte zijn voorbeelden van de onvoltooid verleden tijd (o.v.t.).
Voorbeelden van de onvoltooid tegenwoordige tijd:
• Ik lees een goed boek tijdens de treinreis.
• Ik werk aan dat project.
Voorbeelden van de onvoltooid verleden tijd:
• Hij las een goed boek en droomde erbij weg.
• Ze werkte hard door en probeerde nergens aan te denken.
Bij een voltooide tijd is de activiteit vaak al afgerond:
• Ik heb een goed boek gelezen.
• Ze had de hele nacht gewerkt.
De onvoltooid tegenwoordige en verleden tijd
De onvoltooid tegenwoordige of onvoltooid verleden tijd van een werkwoord gebruiken we als persoonsvorm in een zin. Bijna altijd staat er een onderwerp bij. Voor de persoonsvorm hebben we de kortste vorm van het werkwoord nodig, de stam. Daar hangen we meestal een uitgang aan vast.
Tegenwoordige tijd
De stam is: werk.
Ik werk
Jij werk +t
Werk jij
Hij/zij werk +t
Wij werk +en
Verleden tijd
Op -te(n)
Ik werk +te
Jij werk +te
Wij werk +ten
Op -de(n)
De stam is: speel.
Ik speel +de
Jij speel +de
Wij speel +den
In de meeste gevallen geeft dat geen spelproblemen, maar wel als de stam van het werkwoord eindigt op d of op t. Dan krijg je vormen op -dt, -dde of -tte.
Tegenwoordige tijd
De stam is: antwoord.
Ik antwoord
Jij antwoord +t
Antwoord jij.
Hij/zij antwoord +t
Wij antwoord +en
Verleden tijd
Op -de(n)
Ik antwoord +de
Jij antwoord +de
Wij antwoorden +den
Op -te(n)
De stam is: wacht.
Ik wacht +te
Jij wacht +te
Wij wacht +ten
In het Nederlands heb je 8 werkwoordstijden
De onvoltooid tegenwoordige tijd (o.t.t.)
• ik lees
• ik werk
De onvoltooid verleden tijd (o.v.t.):
• ik las
• ik werkte
De voltooid tegenwoordige tijd (v.t.t.):
• ik heb gelezen
• ik heb gewerkt
De voltooid verleden tijd (v.v.t.):
• ik had gelezen
• ik had gewerkt
De onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (o.t.t.t.):
• ik zal lezen
• ik zal werken
De voltooid tegenwoordige toekomende tijd (v.t.t.t.):
• ik zal gelezen hebben
• ik zal gewerkt hebben
De onvoltooid verleden toekomende tijd (o.v.t.t.):
• ik zou lezen
• ik zou werken
De voltooid verleden toekomende tijd (v.v.t.t.):
• ik zou gelezen hebben
• ik zou gewerkt hebben
Ezelsbruggetjes
Als je weet of je met een onvoltooide of een voltooide tijd te maken hebt, kun je ezelsbruggetjes van stal halen.
Verlengen met een e
Een voltooid deelwoord schrijven is moeilijk als je een t hoort aan het eind. Die schrijven we als t of als d: gewerkt of gebeurd. Om te weten hoe het moet, verleng je het woord met een e, dan hoor je wat je moet schrijven.
Vinden gaat als lopen
Zo kun je voor een onvoltooid tegenwoordige tijd het werkwoord vervangen door lopen om erachter te komen of je een t achter het werkwoord moet schrijven.
• Het is ik loop en dus ik vind, zonder t.
• Het is hij loopt en dus hij vindt, met een t.
‘t Kofschip
Als je weet dat je met de onvoltooid verleden tijd, met de voltooid tegenwoordige of verleden tijd, of met een van de toekomende tijden te maken hebt, dan kun je de klanken van de medeklinkers uit 't Kofschip gebruiken om te weten of er een d of een t aan het eind van een werkwoord moet staan. Hier kun je meer lezen over hoe je 't kofschip moet gebruiken.
Wil je meer lezen?
Op Taalhelden:
Op andere websites:
Reacties
gij hadt gij vondt gij riept gij werdt gij waart is volgens bepaalde personen correct. graag uitleg want volgens mij is dit dialect. Nergens vind ik deze schrijfwijze terug in grammaticaboeken. Dank U
Daar hebben we ook een taaladvies over: Is het ge had of ge hadt?
Hartelijke groet, Maartje van Taalhelden
ok
Dat gedoe met woorden die erbij staan en zo is een soort wiskunde om het beestje een naam te geven, maar daarmee voel ik nog steeds niet aan waar het om gaat. Het verschil in betekenis tussen ovt en vvt is veel relevanter, maar blijft toch moeilijk. Het is beide in het verleden. Het is beide voorbij zou je zeggen. ik werkte versus ik heb gewerkt. Je kan het grammaticaal een andere naam geven, maar wat is het verschil in betekenis?
Beste Tamme,
Het verschil in betekenis hangt erg van de zin af en is vaak niet alleen afhankelijk van de vervoeging.
Groetjes, Maartje - van Taalhelden
kunnen jullie meer informatie geven
Hoi Yaman,
Op deze website -> https://woordenlijst.org/leidraad/11 kun je meer informatie vinden.
Groetjes, Maartje - van Taalhelden
Zeer handig en bruikbaar overzicht! Dankjewel!
Graag gedaan, Lotte!
Groetjes, Maartje - van Taalhelden