1815

Willem I roept zich uit tot koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, waartoe Nederland, België, Luxemburg en de koloniën behoren. De koning bepaalt dat het Nederlands de landstaal en de administratieve taal van het rijk is, onder het motto: één land, één taal.
In het Zuiden ontstaat bij de Franstalige bovenlaag en de ambtenaren veel verzet tegen het Nederlands. Bovendien ontstaat er een discussie over wélk Nederlands er gebruikt moet worden: het Nederlands zoals gesproken in het Noorden, of Zuidelijk Nederlands.